Folder Personenschade

Stappenplan bij letselschade

 

De gevolgen van een ongeval, kunnen een enorme impact veroorzaken op de betrokkene en zijn omgeving. Nadelige gevolgen op gebied van fysiek letsel, mentaal letsel en op financieel, sociaal en juridisch gebied. De periode direct na het ongeval staat uw hoofd niet naar de mogelijke gevolgen op korte en lange termijn, op zo een moment is het belangrijk dat een specialist uw belangen behartigt. Wij gaan graag voor u aan het werk om een goed resultaat te behalen in alle relevante gebieden. Wij nemen samen met u de navolgende stappen.

 

Stap 1. Intake gesprek

 

Op elke gewenste locatie binnen zullen we samen met u de haalbaarheid van uw letselschade zaak beoordelen. Alle aspecten komen aan bod, zoals aansprakelijkheid, persoonlijke omstandigheden, medische behandeling. Bij een positieve beoordeling en met uw instemming gaan wij voor u aan het werk. Het intake gesprek is ongeacht de uitkomst altijd gratis. Het intake gesprek kan persoonlijk of telefonisch plaatsvinden.

 

Stap 2. Aansprakelijk stellen van de veroorzaker of diens verzekeraar

 

Een belangrijke stap is het aansprakelijk stellen van de veroorzaker van het ongeval. In de praktijk komt dat meestal neer op het aansprakelijk stellen van de verzekeraar. Het kan enige tijd in beslag nemen voordat de aansprakelijkheid erkent is. In het geval van een bedrijfsongeval kan het zeker enige tijd duren door onderzoeken van de diverse betrokken instanties. Wij zullen u regelmatig informeren over het verloop de status van uw dossier.

 

Stap 3. Inventariseren van de schade en opvragen informatie

 

Om een goed dossier op te bouwen is het noodzakelijk relevante informatie op te vragen. Dit kan gaan om medische informatie bij uw huisarts, onderzoeksrapporten, loongegevens bij uw werkgever e.d. Uiteraard waarborgen wij uw privacy. Daarnaast zullen wij de geleden en nog te lijden schade inventariseren. Het is belangrijk dat u alle zaken zoals bonnetjes, bankafschriften die met het ongeval te maken hebben, goed bewaart. Met de som van de verkregen informatie kunnen wij samen met u het bedrag aan schade berekenen.

 

Stap 4. Voorschotten

 

Op het moment dat de aansprakelijkheid is erkent, kunnen wij voor u een voorschot vragen. De door u gemaakte eerste kosten als gevolg van het ongeval, zoals reiskosten, medische kosten, huishoudelijke hulp e.d. kosten kunnen worden gedeclareerd. Het is belangrijk dat u de kosten goed bijhoudt. Wij zullen u een Excel bestand sturen, waarin u de kosten kunt bijhouden.

 

 Stap 5. Schadebepaling

 

Op het moment dat u geen klachten meer heeft en weer zo kunt functioneren als in de periode voor het ongeval kan uw dossier worden afgewikkeld en de schade worden bepaald. Het bepalen van de schade wordt in samenspraak met uzelf en de veroorzaker of diens verzekeraar vastgesteld. U moet hierbij denken aan medische kosten en eigen risico, eventuele materiele schade zoals kleding, het verlies aan inkomen, verdienvermogen en smartengeld. In de meeste gevallen komen partijen in de schadeafwikkeling tot elkaar. De meeste verzekeraars werken goed mee en het dossier zal door ons goed zijn opgebouwd en de bedragen goed zijn onderbouwd. In voorkomende gevallen komen we er niet uit met de tegenpartij in dat geval kunnen we de zaak voorleggen aan de rechter. Of via een voor partijen bevredigende resultaat als gevolg van nieuwe onderhandelingen met de tegenpartij.

 

Stap 6. Afwikkelen schade, onze kosten en nazorg

 

Als de schade naar tevredenheid is vastgesteld kan de schade worden afgewikkeld en de bedragen worden uitbetaald. U krijgt voor onze dienstverlening geen nota. Wij zullen de nota sturen naar de tegenpartij. In de wet staat namelijk dat u de redelijke kosten van een belangbehartiger in rekening mag brengen bij de tegenpartij. Wij zullen na enige tijd bij u informeren, hoe het met u gaat, het kan zijn dat u medisch toch nog klachten heeft als gevolg van het ongeval. In dat geval zullen we dat samen met u bespreken met de tegenpartij en de ontwikkeling blijven volgen.

 

Letselschaderaad

 

Wij werken volgens de richtlijnen van de Letselschade raad en volgen de gedragsregels zoals die staan beschreven in Gedragscode Behandeling Letselschade.

 

Op de website van de Letselschade raad vindt u meer informatie. Wij adviseren u deze informatie te lezen, www.letselschaderaad.nl

 

Aanrijding zonder letselschade? Onmogelijk!

Aanrijding zonder letselschade? Onmogelijk!

Het lijkt wel dat het voertuig belangrijker is dan het eigen welzijn bij een aanrijding. Er worden regelmatig aanrijdingsschades aan mij gemeld en de eerste vraag die mij wordt gesteld is, “wanneer kan mijn voertuig gerepareerd worden en kan ik een vervangend voertuig krijgen ?”, e.d. vragen.

De eerste vraag die ik aan de benadeelde stel, “hoe is het met uzelf, de inzittenden en de veroorzaker ?” en het antwoord dat ik dan vaak krijg is, “nou wel goed, maar met mijn voertuig niet”. Al lijkt de impact van een aanrijding klein, de gevolgen kunnen groot zijn. Ik adviseer de benadeelde contact op te nemen met de huisarts, om eventuele letsel te laten uitsluiten of juist te laten vaststellen. De gevolgen van een opgelopen whiplash kunnen groot zijn, zoals verminderde concentratie, niet kunnen werken, veranderende stemming enz, enz. Door snel onderzoek, kunnen de meeste problemen worden voorkomen.

Een ander gevolg van een aanrijding is een traumatische ervaring. De benadeelde kan last krijgen van angsten als hij weer deelt neemt aan het verkeer, als dit niet goed wordt behandelt, kan dit grote gevolgen hebben voor de betrokkene. Ik adviseer dit goed in de gaten te houden en eventueel te bespreken met de huisarts. De huisarts kan doorverwijzen naar deskundigen op het gebied van traumatische ervaringen en angsten.

Als blijkt dat de benadeelde helemaal niets mankeert, dan is er nog steeds recht op immateriële schadevergoeding, smartengeld. Er wordt namelijk wel onrecht aangedaan, de benadeelde heeft niet gevraagd om de aanrijding dat wordt min of meer opgedrongen tegen diens wil. Daar ondervindt de benadeelde hinder van. Daarom is zeker een bedrag aan immateriële schadevergoeding op zijn plaats om het aangedane leed te verzachten.

Als u betrokken bent bij een aanrijding, stelt u dan de vraag, hoe is het mijzelf en eventuele inzittenden en de persoon die de aanrijding heeft veroorzaakt. Laat u adviseren door een specialist, de redelijke kosten van een specialist mag u verhalen op de veroorzaker op grond van de wet.

Rob Wilbrink, 2 december 2015

 

 

Hoogte WW-uitkering vanaf 1 juli 2015

Hoogte WW-uitkering vanaf 1 juli 2015

Een werknemer die werkloos wordt, heeft in beginsel recht op een uitkering op basis van de Werkloosheids Wet (WW). De hoogte van deze uitkering is de eerste twee maanden 75% en daarna 70% van het laatstverdiende loon (tot een bepaald maximum).

De methode waarop wordt vastgesteld wat dit ‘laatstverdiende loon’ precies inhoudt, is op 1 juli 2015 veranderd. Hierover ontstond veel onduidelijkheid. Minister Asscher van Sociale Zaken en Werkgelegenheid geeft in een brief uitleg om onduidelijkheden weg te nemen.

Tot 1 juli 2015 bestonden er twee hoofdregels om vast te stellen hoe het laatstverdiende loon werd vastgesteld in het kader van de WW:

  1. Als iemand het hele jaar voorafgaand aan de werkloosheid gewerkt heeft, wordt dit hele jaarinkomen gehanteerd. Dit wordt gedeeld door 261 dagen om tot het dagloon te komen.
  2. Iemand die wel aan de referte-eis voldeed (in de laatste 36 weken minstens 26 weken gewerkt), maar niet een heel jaar bij dezelfde werkgever had gewerkt, werd anders beoordeeld. Er werd dan gekeken naar het totale loon dat was genoten in die laatste dienstbetrekking en dat werd gedeeld door het aantal dagen dat er daadwerkelijk gewerkt was. Zo kreeg die persoon ook 70% van het werkelijke laatstverdiende loon (na 2 maanden 75% te hebben ontvangen).

Op 1 juli 2015 is deze laatste regel vervallen. De Vakcentrale CNV heeft hierover zijn bezorgdheid uitgesproken in een brief aan de Minister. Volgens de CNV leidt afschaffing van de tweede regel tot onbillijke situaties.

De Minister reageert op deze brief door uit te leggen dat de tweede regel juist voor onbillijke situaties zorgde. De tweede regel gold namelijk ook in het geval dat iemand de laatste maand een andere dienstbetrekking had gehad.

Voorbeeld

A werkt 6 maanden voor € 80 per dag en daarna 6 maanden voor € 90 per dag bij dezelfde werkgever. Dan wordt hij ontslagen. Zijn dagloon, waarop de WW wordt gebaseerd, wordt berekend volgens regel 1: dat betekent dat zijn dagloon neerkomt op € 85.

B werkt ook 6 maanden voor € 80 per dag. Daarna 6 maanden voor € 90 per dag, maar bij een andere werkgever. Dan wordt hij ontslagen. In dat geval trad regel 2 in werking: zijn dagloon werd gebaseerd op de regel dat hij minder dan een jaar bij dezelfde werkgever had gewerkt. Kortom: zijn WW werd gebaseerd op een laatstverdiend dagloon van € 90, terwijl hij precies hetzelfde had verdiend als A.

Dit vond de Minister onbillijk en daarom heeft hij regel 2 afgeschaft.

CNV stelt, aan de hand van een voorbeeld, dat iemand die eerst een WW-uitkering had (na 1 juli 2015) en na 7 maanden weer aan het werk gaat voor een lager loon. Als hij dan opnieuw wordt ontslagen gaat hij er fors op achteruit (voor de cijfermatige uitwerking wordt verwezen naar de externe bron). De minister heeft aan de hand van het voorbeeld van CNV laten zien dat er geen achteruitgang is.

Voorbeeld CNV

Arie was 17 jaar toen hij ging werken en is 57 jaar als hij werkloos wordt. Hij heeft een arbeidsverleden van meer dan 38 jaar, wat hem een recht op WW van 38 maanden oplevert. Arie heeft recht op een dagloon van € 130. Zijn WW-uitkering bedraagt op basis daarvan € 91 [na twee maanden € 97,50; redactie]. Na 13 maanden krijgt Arie werk aangeboden voor 7 maanden. Hij verdient hiermee € 100 per dag.

Uitwerking minister

Arie ontvangt, na ontslag 70% van € 130 = € 91. Bij aanvaarding van zijn nieuwe baan blijft het recht op WW bestaan. Hij gaat dan 70% ontvangen van het verschil tussen zijn oude en nieuwe dagloon, of wel 70% x (€ 130 -/- € 100) = € 21. Zijn totale inkomen is dan € 121 per dag. Hij gaat er dus € 30 per dag op vooruit als hij weer gaat werken.

Bij ontslag na 6 maanden gebeurt er het volgende:

Zijn oude loon was € 100 per dag, maar slechts gedurende een half jaar. Omdat dit gedeeld wordt door een heel jaar, wordt volgens de hoofdregel zijn laatstverdiende loon gesteld op € 50 per dag. Dit leidt tot een WW-uitkering (na 2 maanden) van € 35 per dag.

Daarnaast wordt zijn oude WW-recht na het eerste ontslag weer verhoogd, omdat hij minder inkomen gaat genieten. Zijn oude dagloon was € 130 en nu is zijn WW-inkomen € 50. Zijn oude WW-recht wordt dan weer verhoogd naar (70% van € 130 -/- € 50) = € 56.

Zijn totale WW wordt € 35 (nieuw) + € 56 (oud) = € 91. Dit is precies wat hij voor de werkhervatting ook al kreeg. Er is dus geen achteruitgang.

Uit deze reactie blijkt dat de zorg van CNV voor dergelijke gevallen, onterecht is.

Bron: www.wftnu.nl, 9 september 2015

Schade als gevolg van zonnepanelen

Schade als gevolg van zonnepanelen

Geschillencommissie Financiële Dienstverlening.

De adviseur dient het extra risico uit groene voorzieningen mee te nemen bij de risico analyse en vervolgens de klant te informeren over de risico’s en de mogelijke verzekeringen.

Risico analyse

Welke risico’s loopt een klant die zonnepanelen op zijn dak plaatst? Vaak worden de panelen later aangebracht op bestaande locaties. Ze worden vastgezet, op het dak of aan de muur van het gebouw. Voorbeelden van risico’s die het pand waaraan of waarop de panelen worden bevestigd zijn:

Dat de oorspronkelijke constructie niet geschikt is voor de extra belasting;
Dat er schade ontstaat doordat bijvoorbeeld windstromen zich anders gaan gedragen dan bij de oorspronkelijke constructie werd verwacht of berekend;
Dat er condensatie optreedt die na verloop van tijd tot waterschade leidt.
Verhaalsmogelijkheden

Als de risico’s voor de klant in kaart zijn gebracht, is de logische vervolgvraag wie voor de eventuele schade aansprakelijk is en of de schade door een verzekering gedekt wordt.

De bij de aanleg van de installatie betrokken bedrijven kunnen aansprakelijk zijn voor de schade als het ontwerp of de uitvoering ondeugdelijk blijken. Maar deze aansprakelijkheid is gelimiteerd in de tijd. De dekking onder een CAR-verzekering is gelimiteerd tot de bouw- en eventueel onderhoudstermijn. De aansprakelijkheid van de aannemer voor verborgen gebreken verjaart na 2 of 5 jaar. Daarnaast gaan bouw- en installatiebedrijven regelmatig failliet en is er geen mogelijkheid meer tot verhaal.

Verzekeringsdekking

Als verhaal beperkt of onmogelijk is, is er behoefte aan een verzekeringsdekking voor de klant. De klassieke (extra) uitgebreide opstalverzekering kent geen rubriek schade door geplaatste zonnepanelen en biedt geen dekking. Mogelijk kan een beroep worden gedaan op een alle van buiten aankomende onheilen dekking. Ook hier is een probleem. De verzekeraar dekt alleen schade door een plotselinge onvoorziene gebeurtenis.

Schade als gevolg van geplaatste zonnepanelen zal vaak het gevolg zijn van langzaam inwerkende invloeden. Een dak zakt steeds een beetje verder in. Het water blijft steeds meer staan op het dak. Constructies worden geleidelijk verzwakt. Dan geeft de verzekering geen dekking.

Groot zakelijke markt

In de groot zakelijke markt zijn inmiddels clausules beschikbaar die een dekking bieden als aanvulling op de uitgebreide verzekering. In de bijlage is een voorbeeld van een clausule opgenomen.

In deze clausule stellen verzekeraars eisen aan het onderzoek voorafgaand aan plaatsing van de panelen en eisen elke 10 jaar een nieuwe inspectie. Het is een begin van dekking.

De ideale clausule zou als volgt moeten luiden: “Deze verzekering dekt mede de schade toegebracht door op of aan het gebouw aangebrachte zonnepanelen ongeacht of de oorzaak geleidelijke inwerking is.”

Als er geen (adequate) dekking voor het risico kan worden geboden, dan is het in elk geval zaak het risico in de risicoanalyse te beschrijven, zodat verzekerde zich van het risico bewust is. Een verzekerde die zich bewust is van de risico’s zal extra zorgvuldig zijn bij het kiezen van het systeem en de wijze van uitvoering.

Bron: www.wftnu.nl, 27 mei 2014

Letselschade

DSC01441

Letselschade

Bij letselschade wordt al gauw gedacht aan fysieke wonden, ambulances, ziekenhuisopnamen e.d. Echter gelukkig is de letselschade vaak minder ernstig dan hierboven omschreven.

In mijn praktijk maak ik nogal eens mee dat een benadeelde al blij is als de materiële schade wordt vergoed en laat dan vaak de rest van de schade liggen. Mijn advies is, ga hier zeer zorgvuldig mee om. Het kan zij dat u na een aanrijding geen last heeft, maar dat de last pas later komt. Of u heeft een mentaal probleem gekregen zoals angsten bij het berijden van een voertuig.

Er is u onrecht aangedaan waar u niet om heeft gevraagd. Laat u bijstaan door professionele hulp om uw rechten zeker te stellen. De kosten van de professionele hulp kunt u volledig verhalen bij de veroorzaker.